Ons Paasfeest heeft haar oorsprong in het Joodse Paasfeest, het Pesach, oftewel Pascha zoals ’t in de Bijbel wordt genoemd.
Het tweede boek van de Bijbel, Exodus vertelt het verhaal van het volk Israël dat in Egypte na jaren van onderdrukking onder leiding van Mozes en door de wonderen en tekenen van God uiteindelijk na een verblijf van 430 jaar verlost en bevrijd werd.
God had Mozes geroepen toen hij in de woestijn was en hem opgedragen naar de Farao te gaan en van hem te eisen dat Farao het volk Israël zou vrijlaten. Mozes waarschuwde Farao dat de God van Israël Farao, zijn volk en het hele land zwaar zou straffen indien Farao geen gehoor zou geven aan de eis van Mozes. Na elke weigering van Farao kwam het oordeel van God over Egypte maar de Israëlieten werden gespaard. Acht keer eiste Mozes van Farao; ‘Laat mijn volk gaan!’ maar Farao weigerde gehoor te geven en acht keer troffen afschuwelijke oordelen heel Egypte. Mens, dier en het land werden zwaar getroffen. En bij de negende keer dat Farao neen zei tegen Mozes zei God tegen Mozes; Strek je hand naar de hemel… Mozes deed dat en er was gedurende drie dagen een dikke duisternis in het hele land Egypte! Niemand kon een ander zien, noch van zijn plaats opstaan; maar alle Israëlieten hadden licht waar zij woonden!
Toen kwam de tiende plaag. Maar vóórdat het zover was had God Mozes en Aäron gezegd: Deze maand (Hebr. Nisan) zal het begin van het nieuwe (kalender-)jaar zijn. En omdat voor altijd te markeren droeg God Mozes om het Pascha in te stellen. Elk gezin moest op de 10e dag van deze maand een lam nemen, een mannelijk éénjarig lam zonder gebrek en dit lam moest op de avond van de 14e dag geslacht worden (NB Het lam moest 3 dagen in de familie bewaard worden). Het bloed van het lam moesten ze strijken aan de posten van hun voordeur van het huis waar zij de maaltijd zouden houden. Die nacht moest iedereen geroosterd vlees van het lam eten, met ongezuurd brood (matzes) en bittere kruiden. Het moest haastig gegeten worden en iedereen moest klaar staan om op reis te gaan. De schoenen aan en de wandelstaf aan de hand.
Het is een Pascha (Voorbijgang) voor de Here. Je vindt dit hele verhaal in Exodus 12:
12 Want Ik zal deze nacht door Egypte gaan en alle eerstgeborenen van mens en dier doden. Ik zal de afgoden van Egypte vernederen, Ik, de Here. 13 Het bloed aan de deurposten zal voor Mij het teken zijn dat daar Israëlieten zijn. Als Ik het bloed zie, sla Ik dát huis over (voorbijgaan).
Uw eerstgeborenen zullen niet het slachtoffer worden van de straf die Ik Egypte ga opleggen.
Ex. 12:29 Rond middernacht doodde de Here iedere eerstgeborene in Egypte, van de zoon van de Farao tot de zoon van de gevangene in de kerker en ook van het vee. 30 De farao, zijn dienaren en het hele volk stonden ʼs nachts op, door het hele land kon men de rouwklachten horen, want er was geen huis waar geen dode te betreuren was.
Toen mocht het volk Israël eindelijk gaan. Pascha/Pesach was niet alleen een herinnering aan het ‘voorbijgaan’ van het oordeel van God maar ook de start van een nieuw begin, start van een leven in vrijheid!! Eindelijk verlost van de onderdrukking van Farao en de Egyptenaren. Een nieuwe toekomst!
Israël 2020.
Pesach wordt dit jaar door de Joden gevierd, te beginnen op de 14e van de maand Nisan en dat is voor ons woensdag de 8e april. Zeven dagen zullen zij ongezuurd brood eten daarom ook wel genoemd het Feest der ongezuurde broden. Maar wat een bizarre omstandigheden vandaag de dag.
Ook in Israël is er een gedeeltelijke lockdown vanwege het corona virus. De straten zijn stil en het lijkt nog nét niet op de dagen dat in Egypte Gods oordeel over het hele land ging met dood en verderf tot gevolg. Maar toen ging het alleen om Egypte, de toenmalige wereld.
De Gemeente van Jezus Christus.
Op zondag vieren we Pasen, het Opstandingsfeest.
Jezus Christus, Gods Zoon stierf op Goede Vrijdag en zoals Hijzelf had gezegd; stond Hij op uit de dood, op de derde dag!
En wij, Gods kinderen vieren dit feest niet alleen om die bijzondere gebeurtenis te gedenken maar veel meer om te gedenken én te beleven dat wij, als wedergeboren christenen en kinderen van God deel hebben aan die opstanding.
De apostel Paulus maakte dat duidelijk in zijn brief aan de Romeinen, hoofdstuk 6 waarin hij de betekenis van de doop door onderdompeling in water uiteenzet.
4 Die doop in Hem was onze begrafenis. En zoals Christus weer levend is gemaakt door de heerlijke macht van de Vader, zo mogen wij nu ook een heel nieuw leven leiden.
9 Wij zijn er zeker van dat Christus, nu Hij uit de dood is opgestaan, niet meer zal sterven. De dood heeft geen macht meer over Hem. 10 Door zijn sterven heeft Hij de macht van de zonde eens en voor altijd gebroken.
11 Zijn leven is een leven voor God. Beschouw uzelf daarom als dood voor de zonde.
Omdat u één bent met Christus Jezus, leeft u nu voor God.
PASEN is dus het feest van het nieuwe leven voor de wedergeboren christen. Het oude leven met het slavenjuk en uitzichtloosheid is voorbij. Jezus heeft met zijn lijden in onze plaats en door zijn kruisdood ons verlost van dat oude leven. En met zijn opstanding uit de dood biedt Hij ons de mogelijkheid om een leven van vrijheid, vrij van zonde en schuld en in vreugde en dankbaarheid te mogen leven! Pasen; het oude is voorbij en het nieuwe is gekomen!
Dat is iets om blij van te worden en blij te blijven.
En dus mag het ook een V R O L IJ K P A S E N zijn.
Senior pastor: Walter van Dongen